“Tuut, tuut! Triiiiiiiii, triiiiiiiii! Beep, beep! Djingel djingel!” was hét geluid van de voorbije weken. In Pakistan, India en bij uitbreiding ook Nepal is de toeter of ‘claxon’ het meest gebruikte onderdeel van het voertuig na het gaspedaal. Mensen toeteren voor elke persoon die ze passeren, voor elke bocht, voor elke koe op de weg, elke hond, eigenlijk voor alles wat beweegt of dreigt te bewegen, of wanneer ze zich realiseren dat ze de voorbije minuut niet getoeterd hebben. Ze gedragen zich alsof iedereen een onzichtbaarheidsmantel draagt. Je moet niet alleen gezien worden, maar ook gehoord! Er mag geen twijfel bestaan, je MOET gehoord worden! Zelfs al hoor ik een auto of brommertje achter mij altijd aankomen, dan volgt in 99% van de gevallen steeds weer die “Tuut, tuut” of “Tuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuut”, die mij nog steeds af en toe opschrikt. Ik vrees dat het de volgende drie maanden niet anders zal zijn. De mensen moeten hier haast allemaal doof zijn van al dat kabaal op de weg. Misschien dat ze daarom extra luid toeteren?
Vanuit Islamabad namen we de GT (Grand Trunk) Road richting Lahore. Ons verwachtend aan het ergste verkeer waar we ooit in gefietst hebben, was het een enorme verrassing dat deze 300 kilometers eigenlijk een geweldige ervaring waren. De weg is heel breed en druk, wordt gedeeld door auto’s, bussen, trage vrachtwagens, fietsers, paard en kar, ezel en kar, rickshaws en een gigantische hoeveeelheid brommertjes (vaak ook in de tegengestelde richting). Door de brede weg en het overwegend trage verkeer voelden we ons, ondanks het gebrek aan verkeersregels en de overheersende chaos, geen moment onveilig. Langs deze weg is zoveel leven, zoveel gaande. Er gebeurt zoveel om je heen dat je wenste dat je gewoon foto’s kon nemen door met je ogen te knipperen. Zoals een Pakistaanse vriend me vertelde “The GT road is a true cultural representation of Pakistan” en wij waren er in het middelpunt van de belangstelling. Er is bijna geen meter langs de weg waar geen mensen te bespeuren zijn en het merendeel is heel geïnteresseerd in deze rare snuiters op een fiets. Net zoals de honderden mannen, onze ‘brothers’ op brommertjes die minutenlang naast ons reden, de gebruikelijke vragen stellend in het Engels, of pratend in Urdu, of gewoon, zoals enkel de Pakistanen het kunnen: al starend. Deze ervaring is met geen woorden of beelden te beschrijven.
Hele families zitten hier op één brommer (6 personen is het maximum dat ik zelf heb gezien!) en men probeert hier wereldrecords ‘aantal zakken en andere voorwerpen aan een brommer’ te breken. De gekste dingen worden per brommer vervoerd: flatscreen tv’s, ramen, geiten (levend of dood), slijpschijven, … Maar de winnaar vond ik in India: Probeer eens een hometrainer te vervoeren op een brommer!
Wat geen meevaller was en nog steeds is, was het weer. Enorm warm en belachelijk vochtig. Zweet en dus kledij droogt niet op, en zo leek het elke dag weer alsof ik met mijn fietskleren was gaan zwemmen. Mijn Gore-Tex schoenen waren op het einde van elke dag zwembadjes van zweet dus besliste ik om met mijn sandalen te gaan fietsen. Met de hoeveelheid zweet die ik in de laatste weken heb verloren kan je makkelijk de Noordzee vullen.
De beleving en het landschap van de laatste weken (van Islamabad tot Pokhara) zijn moeilijk in foto’s te vatten. Ik heb dan ook niet al te veel foto’s, maar dit was meestal ook om een andere reden: Door mijn zweetwatervallen en de vochtigheid was het een moeilijke opgave om mijn gsm te ontgrendelen! Gelukkig heeft David een goed fototoestel en vele mooie foto’s in deze blog zijn dan ook afkomstig van hem (Danke!). Met onze action camera’s hebben we ook interessante video’s gemaakt, maar die krijgen jullie pas te zien ergens in 2020!
Uit meerdere bronnen bereikten ons horrorverhalen over fietsen in India. Met een bang hartje staken we dan ook de grens over. Na twee weken fietsen in India moet ik tot mijn eigen verrassing zeggen dat ik het best aangenaam vind. De wegen zijn veelal rustiger en minder chaotisch dan de Pakistaanse GT road. Op sommige wegen is zelfs zo goed als geen verkeer! Ook hebben we tijdens deze reis geleerd in het drukke verkeer ons mannetje te staan. Er is één belangrijke regel: ‘Go with the flow’. Achterom kijken moet je niet doen. De bestuurders achter je houden rekening met je. Slechts één uitzondering: Wanneer er een bus aankomt (en die hoor je van ver), kan je best even checken. Buschauffeurs rijden als zotten. Het overige verkeer is niet zot of agressief. Ik zou het de bestuurders eerder beschrijven als ‘onoplettend’, ‘dom’ en ‘niet wetend waar ze mee bezig zijn’. Daarom is het heel belangrijk dat je altijd voor je kijkt. Mensen komen de baan op zonder te kijken. Autospiegels zijn in India trouwens optionele attributen die ten allen tijde ingeklapt moeten zijn, wil je ze niet verliezen. Opletten geblazen wel voor de koeien en apen op de baan!
Het is moeilijk om India niet te vergelijken met Pakistan wanneer je net meer dan een maand in Pakistan hebt gespendeerd. Heel opvallend is dat (fiets)toeristen in India ‘klagen’ over de vele aandacht (in de vorm van selfies en staren) die ze krijgen van de Indiërs. Dit terwijl wij komende van Pakistan ons aantal selfies per dag zien terugvallen tot belabberde cijfers en we de geïnteresseerde Pakistanen al missen. Ze zijn hier meer ‘gewoon aan’ toeristen en dat uit zich ook wel soms in de (mindere, maar nog steeds ver boven het wereldgemiddelde) vriendelijkheid van de mensen. Wanneer je in Pakistan soms de ‘heilige toerist’ bent, ben je in India weer gewoon de zoveelste toerist, omringd door heilige koeien. Beide ervaringen zijn aangenaam en interessant op hun eigen manier.
Eigenlijk bleek alles waar we voor ‘gewaarschuwd’ waren in India tot nu toe niet waar te zijn (in de regio waar we fietsten; India is namelijk geen klein land). Er is veel afval, maar niet in die mate dat je moet kotsen van de geur. De eerste geuren die ons bereikten in Amritsar waren zelfs heel aangenaam en apart. De geur van kruiden en specerijen (kan iemand mij het verschil uitleggen eigenlijk?) vult daar de kleine straatjes. Samen met de relaxe hindu/sikh muziekdeuntjes hier en daar en de vele kleuren die het straatbeeld domineren, werd ik weer omhuld door een compleet nieuwe atmosfeer. Een grens over (met een zeer interessante dagelijkse ceremonie!) en plots ziet de wereld er weer heel anders uit (ik val in herhaling).
Nog enkele weetjes:
- Pakistan is het land waar ik de meeste KFC’s heb gezien. Naast KFC zijn ook alle belangrijke fastfood ketens hier alomtegenwoordig.
- In India en Nepal zijn er weer meer honden te bespeuren (waar zijn deze in Pakistan?). De honden zijn hier allemaal heel vriendelijk voor of zelfs bang van fietsers. Het is me nog steeds een raadsel waarom honden in verschillende landen anders reageren op fietsers. Ik denk dat je hier een pHd over kan schrijven.
Ik heb al meer dan een week gefietst in Nepal en eigenlijk kan ik hier niet meer over zeggen dat het (opnieuw buiten het warme en vochtige klimaat) een geweldig aangename ervaring is. Het vlakke, zuidelijke Nepal biedt een prachtig landschap van afwisselend rijstvelden en jungle. Kinderen begroeten je met een glimlach een een “Hi!” of “Bye bye!”. Na een week zonder selfies heb ik bijna op het punt gestaan om zelf om selfies te vragen, maar dit gaat me toch een stap te ver. Ik fietste een dag door moesson regens. Dit valt te beschrijven als een 4 uur durende wolkbreuk in een periode van 24uur regen. Straten staan vrij snel onder water, mensen gaan vissen in hun rijstvelden en de temperatuur was aangenaam om te fietsen! De weg naar Pokhara bracht mij door de prachtige heuvels van Nepal naar aangenamere temperaturen (maar nog steeds warm) en dichter bij de hoge toppen uit de Himalaya. Nu gaat de fiets voor even aan de kant want vanaf dinsdag is het dolle pret met de familie Trullemans!