“Winter is coming”. Eindelijk kan ik deze quote gebruiken. Later dan verwacht. Maar de volgende dagen is hij daar wel, koning winter. Voorspellingen tonen grijze dagen met temperaturen die niet boven het vriespunt stijgen en kans op sneeuw. Naast koud is de lucht hier ook enorm vochtig en staat er een snijdende oostenwind. Bovendien trek ik na lange tijd nog eens even de bergen in. Perfecte timing! Gelukkig zijn de Sudeten iets makkelijker te doorkruisen dan de Alpen. Tijd om de voetwarmers te testen, de dikke winterhandschoenen boven te halen en opnieuw een regel van de Velominati te breken: thermisch ondergoed zal deze week onder de fietsbroek gedragen worden!
Fingers crossed dus dat ik Lunz am See gezond en wel bereik. Van Poznan gaat het in een rechte lijn richting winterstop locatie. Eerste keer dat ik 9 dagen op rij zal fietsen. Gezien de weersvoorspellingen heb ik beslist om zoveel mogelijk binnen te slapen en de ritten niet al té lang te maken. Vorige week belandde ik door omstandigheden voor de allereerste keer in een hotel. Gelukkig is een hotel hier goedkoper dan de doorsnee camping in de Alpen. Het zicht op het grootste Jezus standbeeld in de wereld kreeg ik er zelfs gratis bij!
Hoe goed is kaas. Mijn gemiddelde dagelijkse kaasconsumptie heeft in de laatste twee maanden ongeziene hoogtes bereikt. Hoe graag ik door een land fiets begint al af te hangen van de lekkerheid van de verkochte kaas. Gelukkig scoren de meeste Europese landen hier niet slecht. In Polen vind je bovendien kaas die je niet direct ergens anders tegenkomt. Gerookte kazen bijvoorbeeld en geroosterde geiten (of schapen?)kaas (Oscypek). Deze laatste proefde ik in Poznan alsook pruimen in spek gewikkeld (Sliwiki w Boczku). Lekker!
Het verschil tussen Oost en West-Europa blijft mij ook verbazen. Op verschillende vlakken kan bij het oosten kan ook nog Oost-Duitsland gerekend worden. De naweëen van het communisme op de welvaart (van de oudere generatie) zijn hier nog steeds voelbaar. Ik stond versteld van Sibelius’ verhalen over zijn grootvader’s landbouwbedrijfje. Bij de val van het communisme was hij van de ene dag op de andere zijn serres kwijt en zat hij torenhoog in de schulden. Mijn overnachting bij Sibelius was heel apart maar heel gezellig. Ik verwacht niet om nog snel in zo’n mooi omgebouwde trailer te slapen.
Polen bestaat, net zoals Duitsland en Tsjechië eigenlijk, grotendeels uit velden en bossen. Met in het zuiden bergen en in het noorden kust. En slechte wegen. Heel slechte wegen. In allerlei soorten en variaties: zand, kassei, zand verstevigd met grind, afgebrokkelde asfalt, … Maar ook mooie asfaltwegen, die dan meestal te druk zijn om gezellig over te fietsen. De voorbije dagen verbleef ik bij mijn Poolse buddy Maciej en zijn vrouw Zanieta. We bezochten het mooie Middeleeuwse Torun met het Pierniki museum en speelden vooral veel FIFA. Ik kijk al uit naar hun bezoek in België!
Bij mijn volgende blog zit mijn avontuur voor 2018 er al op. Wat vliegt de tijd! Op 28 november verwacht ik in Lunz aan te komen, waarschijnlijk met nog heel veel te vertellen over de laatste 9 dagen van mijn winterse tocht. Tijd om mijn Duits dan wat bij te schaven. Mijn Pools zal beperkt blijven tot ‘dziekuje’, ‘na zdrowie’ en ‘dobre’.

Met Maciej en Zanieta in Torun.